Cookie beleid Zuidhorn

De website van Zuidhorn is in technisch beheer van VoetbalAssist en gebruikt cookies. Hieronder de cookies waar we je toestemming voor nodig hebben. Lees ons cookiebeleid voor meer informatie.

Functionele cookies

Voor een goede werking van de website worden deze cookies altijd geplaatst.

Analytische cookies

Google analytics Toestaan Niet toestaan

Marketing cookies

Facebook Toestaan Niet toestaan

Interview Kees de Haan

Jan Blaauw in gesprek met: Kees de Haan

Auteur en foto's: Jan Blaauw

  Kees de Haan (90): “Voetballen zat altijd in me!”



Kees de Haan werd geboren op 22 februari 1922, “makkelijk te onthouden…” , vlak achter Noordhorn, “Halfweg”, toen gemeente Oldehove. Kees ging heel kort naar de lagere school in Aduard, daarna naar de School met de Bijbel aan De Gast in Zuidhorn. Na de lagere school direct aan het werk, ‘brood op de plank’. Hij heeft bij enkele boeren gewerkt, zoals Siccama en Tonkens. Geen werk naar zijn hart…. Hij kwam in de verpleging terecht, eerst in Loosduinen, later in Assen. Door de oorlogssituatie toch nog weer boerenwerk bij Jan en Jurrie Boer. Kees kreeg verkering met Iemkje Bijzitter, haar vader werkte bij de Post. Kees werd hulpbesteller, geen vaste baan, onregelmatige tijden. Kees trouwde in 1947 met “zijn Iemkje”, ze woonden 13 jaar aan de Boslaan in Zuidhorn. In 1962 gingen ze naar Noordhorn. Iemkje werd postkantoorhoudster in hun eigen woning aan de Langestraat, de PTT huurde de kantoorruimte. Kees werd besteller/vervangend kantoorhouder. Overigens was Kees ook 18 jaar bij de reserve-politie, wachtmeester 1e klas. Begin jaren negentig met pensioen, tijd voor hobby’s, zoals jagen. Kees haalde al jong zijn jachtopzienersdiploma. Nu, op hoge leeftijd, is jagen er niet meer bij, het lopen gaat moeilijk. Wel heeft Kees nog steeds een rijbewijs, rijdt alleen korte afstanden op bekend terrein. Kees en Iemkje kregen twee zoons: Johannes en Teun. De laatste werd net als Kees keeper bij Zuidhorn (zaterdag).



Net negentig geworden, maar nog steeds enthousiast als het om voetballen gaat. Hij woont op een prachtige stee in Noordhorn, aan de Lindestraat in ’t Hofke (genoemd naar het stuk kwekersland dat daar vroeger lag, van o.a. Wobbe Jonkman). Een gesprek met een gedreven ex-keeper van C.S.Z. en Zuidhorn (zat.):

De oudste herinneringen aan het voetbal? Voetballen op straat in Noordhorn, met o.a. Feike Zuidema! “Geweldig! En bijna altijd met klompen aan! En dan vloog de kap er wel eens af…. Pa kwaad…” Kees vertelt: “We hadden het niet zo breed thuis, mijn vader was boerenarbeider. Hij zette een kram over de kapotte kap van de klomp. Er kwam ook altijd leer onder de klompen, tegen het slijten. Pa zat dan te spijkeren, ik moest dan wel eens het leer bijsnijden… Voetballen zat altijd in me! Nee, op school niet, er was ook nog geen schoolvoetbal. Maar meester Hijszeler zat wel in het bestuur van C.S.Z. (= Christelijke Sportclub Zuidhorn). Die meester, dat was een geweldige man, die speelde zelf ooit bij Oranje Nassau in Stad. Later, in Zuidhorn, deed hij wel eens met het elftal van C.S.Z. mee, als we te weinig waren…”

Kees de Haan herinnert zich ook de speciale keeperstraining van Van der Huizen, “die hoorde eigenlijk bij de zondag!” Van der Huizen werkte bij het spoor. Hij was fanatiek, “hai ging mor deur…!” Tot je doodmoe was…. Een aanbieding van G.C.S.V. die Kees wilde hebben als doelman, heeft hij afgeslagen. “Dat deed je niet, toén. Al begon het toen al wel een beetje met ‘geld’, maar ik wilde niet bij Zuidhorn weg!” 

En dan in een adem door naar de actualiteit: “FC Groningen vind ik de laatste tijd niks, waardeloos. Ik zie Heerenveen liever, die voetballen tenminste! Groningen moet een andere coach, anders halen ze Ron Jans maar terug!”

Terug naar dat verre clubverleden, de zaterdagclub C.S.Z. Kees denkt dat hij een jaar of vijftien, zestien was, toen hij bij de club kwam. In de tweede helft van de jaren dertig. “Yke Wiertsema was toen penningmeester! Op ledenvergaderingen las hij alles voor wat met het geld te maken had, Ik hoor hem nog zeggen “Batig saldó”, met de klemtoon op de tweede lettergeep… En meneer Pries, van het postkantoor. Hij zat ook in de elftalcommissie. Ik was hulpbesteller, had toen dienst, maar hij zorgde ervoor dat ik vrij kreeg!” Pries ging later naar Sint Oedenrode. “Het was een ‘roege’ op kantoor, het was er een grote bende, maar hij kon alles vinden! Hij ging, als ik moest keepen, naar Egbert Sturing, die moest voor mij invallen als besteller. Had ie de smoor in….” Kees de Haan benadrukt dat er niks mis is met zijn geheugen, gaat prima! “Op school had ik op onthouden, uit het hoofd leren, altijd een 10! Op Bijbelse Geschiedenis vaak een 4, daar vond ik niks aan, kon ik mijn aandacht niet bij houden….”

Kees vraagt zich af of er nog ergens foto’s te vinden zijn uit de tijd van C.S.Z. Nee, hij is geen lid geweest van de v.v.Noordhorn, hij is meteen naar C.S.Z. gegaan, keepte vele wedstrijden in het eerste. Hij vertelt over een wedstrijd tegen het sterkere Viboa, in Winsum. Die hadden een beste voetballer, heette Pannekoek. “Die kwam in de rust bij me: “Dat doel straks, dat is mijn geliefkoosd doeltje!” “Ja, zal wel…” Maar Kees zorgde er wel voor dat Pannekoek geen doelpunt maakte. “Het werd een gelijkspel. Kreeg ik nog een schop tegen de schenen ook…. Eerst merkte ik er niets van, maar ik heb er twee weken mee moeten rusten, op de stoel gezeten… Ik merkte het pas, toen we al in de wagen van Sietse Drenth zaten, op de terugreis. Wat is dat been ja dik…!” In die jaren werd er gespeeld zonder scheenbeschermers. Het vervoer naar uitwedstrijden ging eerst met de wagen van Dekkinga, later die van Sietse Drenth. “En tochten dat ’t deed! Maar daar gaf je niks om, je wist niet beter.”

De wedstrijden tegen het naburige Niekerk staan ook in De Haans geheugen gegrift. “Daar had je een vrouw Posthumus, die kon schelden…. ‘Schop ze dood…!’ Ze mocht  niet meer op het veld komen! We speelden later wat hoger, ook tegen een club als A.C.V. Die konden we niet hebben…” Er klinkt spijt door in de stem van Kees, net of ie alsnog revanche zou willen nemen. Heeft hij wel eens een kampioenschap behaald? “Nee, dat is ons niet gelukt, géén kampioen…. ’t Zol krekt weden en toun verloren we….Tegen GCSV! Wat had ik een last van de rug! Tijdens de wedstrijd niet, liet je niets merken, je stond er! Maar na afloop…. Ze moesten me zowat in de auto tillen…!” 

In de bezettingsjaren ging het aanvankelijk gewoon verder, denkt Kees. “Mor dou mos ik noar Duutsland. Toun was t doan! k Leuf ook nait dat der ien dij leste oorlogsjoaren nog veul voetbald wer. Jongens mozzen ja aal noar Duutsland, of ze doken onder.” (Kees de Haan heeft ondergedoken gezeten in Assen). Hij vertelt over Harm Wonderman, de man die de ballen verzorgde. Wonderman heeft bij de gemeente gewerkt, is mollenvanger geweest, later nog schoolschoonmaker. En scheidsrechter! “Hai verzörgde de ballen, de mainste haren de vorm van n aai… En as je de riemkes op e kop kregen….” Kees de Haan heeft zelf ook gevoetbald, hij was rap, watervlug. Ook in dat verband herinnert hij zich een wedstrijd tegen Niekerk. “Stonden we in de rust achter met 4-0…. Wonnen we alsnog met 4-5! Zoiets vergeet je nooit!” Vaak kreeg het elftal te maken met lekke ballen. Om het veld zat prikkeldraad…. Het veld was immers in gebruik als weiland, en het was te smal. Toen ging nog niet alles volgens de regels van de voetbalbond. 

Herinnert hij zich bepaalde mensen? Ja, scheidsrechter Pool uit Opende. “Als die er was, wazzen we de keuning te riek! Dat was nog eens n scheidsrechter!” En voetballers? “Henk Groeneveld, werd later dominee! We zijn toen bij zijn intrede geweest, ergens in Friesland, het hele team was er! Jo de Haan, mijn broer; Hendrik Dijkstra, Jelle Fokkinga, Melis en Jan Willem Burgler… En Jan Boer met zijn lamme arm, de boer uit Noordhorn-Noord. Een heel goeie voetballer, technisch! Hielke Bijzitter, de zwager van Kees. Ging later naar de Achterhoek, is 82 geworden, is vorig jaar overleden…”

Bijzonderheden over de fusie, begin jaren vijftig, weet Kees de Haan niet meer. C.S.Z., Noordhorn en Zuidhorn gingen toen samen verder als v.v.Zuidhorn. “Dat was in de tijd van burgemeester Stronkhorst. Een geweldige man, kon ik heel goed mee opschieten! Bij hem heb ik examen gedaan als wachtmeester (bij de reservepolitie).” Of Stronkhorst wel eens als supporter de wedstrijden bijwoonde? Kees denkt van niet, hij weet het zich tenminste niet te herinneren. Kees de Haan ging na de fusie eerst nog door als keeper van het zaterdagteam. Later trok hij zich terug, toen is zijn jongste zoon Teun hem opgevolgd. Die werd toen de keeper van het eerste. (Ik herinner me dat Teun altijd een opvallend mooi keepershirt aan had, volgens Kees is zijn zoon nog steeds gek op mooie kleren…; JB)  Kees keek altijd kritisch naar de verrichtingen van zijn zoon, hij vond het mooi hem een beetje te coachen. “Dan zei ik tegen hem dat ie soms vlotter moest zijn met het zich laten vallen. En goed op de voeten van de aanvaller(s) letten, dan weet je waar de bal komt…!” Kees de Haan is nog heel vaak als toeschouwer aanwezig geweest bij wedstrijden waarin zijn zoon keepte. Kees haalde zijn schoonvader (Bijzitter) ook over om mee te gaan. Die had eerst niks met voetballen, maar werd later alsnog enthousiast. Kees hoort nog zijn stem: Ïk snap nait dat je die bale zo ver weg kriegen kennen…” Wel eens problemen met het publiek gehad? Nee, daarvan herinnert Kees zich niet veel, behalve in Niekerk, “aaltied bonje…” Problemen met de scheidsrechter had hij zelf nooit, maar dat gold niet voor iedereen. “Jelle Fokkinga bijvoorbeeld. ‘n Opvliegend kereltje… Kon goed voetballen, heel snel. Maar af en toe gedroeg hij zich misselijk. Kwam hij vlak voor de wedstrijd zeggen: “Ik kin vanmiddag nait…” Moesten we achter hem aan om te smeken, dat was zijn opzet…”

Nee, naar het voetballen gaat Kees de Haan nou niet meer. De laatste wedstrijden die hij bezocht, werden op de velden aan het kanaal gespeeld, waar nu de korfbalclub actief is. Hij heeft wel een nieuw TV-toestel, hij volgt al het schermvoetbal op de voet, desnoods de hele dag….. Ja, Eredivisie Live, 421….. En hij heeft een ‘sta-op-stoel’, maakt het makkelijker. “In die stoel sloap ik beter as ien mien bed…” (JB)



 

Delen

voeg je eigen gadgets toe aan deze pagina!